Donderdag 3 oktober 2024
Jessica is jarig en Tom heeft een speciale taart voor haar.
Het wordt feestelijk gevierd, heel gezellig.
Teruglopend naar de trein kom ik deze witte passiebloem tegen.
Categorie archieven: Planten
Sikkelsprinkhaan
Maandag 23 september 2024
De brede wielwebspin zit op een grasje waarvan ik de naam wel zou willen weten.
Galletjes van de schietwilgwratmijt op schietwilg.
Het is dat ik niet weet of ik volgende week nog vlinders kan tellen vanwege het weer dat ik vandaag toch ga tellen. Het is 19 graden, dus de temperatuur valt nog mee en de wind ook.
De sikkelsprinkhaan zie ik al vaker hier bij het Kennemermeer. In 2004 kwamen de eerste 3 exemplaren in Noord-Holland.
Nog een zuidelijke soort: de grauwe schildwants. De eerste melding is van 2005.
De rups van de kleine beer kijkt of de andere kant van het dorre blad sappiger is.
Bloeiende zeealsem
Zondag 22 september 2024
Tijdens het schelpen tellen zie ik een zilvermeeuw met een schol worstelen.
Twee volwassen kleine mantelmeeuwen met een jonge ertussen.
Op een poot van een noordzeekrab zit een of ander mosdiertje en een Nieuw-Zeelandse pok.
Na het koffie drinken ga ik nog eens op zoek naar zeealsem. Zo’n mooi gebied met zeeraket, zeewolfsmelk, duinaveruit, teunisbloemen, vlieszaad en helm.
Zeealsem gevonden en de bloemetjes vergeleken met duinaveruit dat er naast staat. De bloemetjes van zeealsem zijn veel spitser.
Een strontvlieg heeft een vleesvlieg te pakken.
Stekend loogkruid
Vrijdag 20 september 2024
Voor de planten ga ik naar de duinen op het strand. De gewone viltbij zit op biggenkruid. De bij vind ik prachtig met die rode ogen en rode poten, maar nu zie ik ook dat de meeldraden van de bloemen met meerdere steeltjes er uit komen, heel apart.
Stekend loogkruid heeft leuke platte bloemetjes.
De gele blaadjes van zeemelkdistels hebben allemaal haartjes aan de onderkant. Op de knop zitten klierharen. De zeemelkdistel is een ondersoort van de akkerdistel.
Een bessenschildwants zit op de uitgebloeide zeemelkdistel en op een andere pluizige distels zitten er nog drie.
Ik neem aan dat dit smal vlieszaad is, maar er zijn ook mengvormen van breed en smal, aan het zaad is dat te zien.
Het zijn echt pioniersduinen en het vlekje in de lucht rechts van de rode vuurtoren is een libel
Rups kroonvogeltje
Maandag 16 september 2024
Met een fraaie wolkenlucht belooft de excursie bij het Kennemermeer bijzonder te worden. We vinden al snel rupsen van de wapendrager. Bij mijn favoriete berkenboom zie ik een rups van een kroonvogeltje, wow, prachtige vondst. De kop is naar de rug gekeerd.
De anderen zijn daar zo lang aan het bewonderen en fotograferen dat ik nog van alles zie, zoals een groene stinkwants.
Een slakkendodervliegje met een geweldige naam: rooddijtantesidonia.
Gal in de watermunt, door de watermuntbloesemmijt.
Als ik ga kijken of ze klaar zijn met het kroonvogeltje ontdek ik onder een blad ook nog een rups van een Meriansborstel. We gaan nog net niet uit ons dak.
De rupsen van wapendrager zijn altijd heel harig, deze heeft zijn wilde haren verloren waardoor het patroon zichtbaar is.
Overblijfsel van een nog bloeiende kattenstaart.
Topexcursie, helaas met maar 6 deelnemers, inclusief ikzelf.
Bij het koffiedrinken op het terras komt er nog een terrasjeskommazweefvlieg op mijn schoot zitten.
Geoorde fuut
Vrijdag 13 september 2024
Vanaf Duin en Kruidberg kom je in de Kennemerduinen. Een stukje daarvan heet weer Klein Doornen, dat was een kaal gebied, maar de laatste tijd staat ook hier alles onder water. Ik zet mijn fiets even neer en zie een klein torretje over de grond krabbelen. Voor de foto even op mijn hand voor determinatie. Het is het hottentothaantje.
Dankzij de 2 noodbruggen is het Vogelmeer bereikbaar.
Omdat ik toch afgestapt ben, kan ik gelijk foto’s maken van de hopvruchten.
Tja, op de heuvels lijkt het wel droog, haha.
Acht grote zilverreigers in Groot Olmen.
Aangekomen bij het Vogelmeer zijn er mensen die een vos hebben gespot. Hij gaat vlak voor me langs, alleen kruipt hij tussen de bosjes, helaas geen goede foto kunnen maken.
Iemand ziet een kleine jager op het water, gelukkig zie ik hem dan ook.
Een dodaars en een geoorde fuut die wat groter is.
Maar die kleine dodaars valt hem wel aan.
Je zal toch zo’n grote snavel aan je hoofd hebben hangen.
Geoorde fuut en wilde eend die nog niet helemaal uitgeruid is.
Volwassen man slobeend met enorme zwarte snavel.
Dansende meeuwen op het water.
De paapjes zijn zeker op trektocht dat ik er weer een zie.
Twee tapuiten, de rechtse is of een vrouwtje of een jong exemplaar.
Scheefbloemwitje
Zondag 8 september 2024
Aan de binnenkant van het parkeerhok bij het Kennemermeer zit een zwartvlekdwergspanner.
Een heidelibel met sprankelende vleugels.
Parnassia’s, het paradepaardje van de duinen.
Ook al loop ik steeds met mijn zware lens te sjouwen ik ben blij dat ik hem bij me heb als ik 3 paapjes zie.
Ik mag wel opschieten met de vlindertelling, het is weer erg bewolkt.
Telelens weer nodig voor het scheefbloemwitje want die is te verwarren met klein koolwitje.
Vlinders
Vrijdag 6 september 2024
In de kruidentuin van Beeckestijn zitten dus de vlinders die ik op mijn routes mis. Een distelvlinder op stijf ijzerhard.
En ook hommels, waaronder de aardhommel op wilde bergamot.
Ik denk een akkerhommel op gecultiveerde koninginnenkruid.
Een dagpauwoog en gehakkelde aurelia op ijzerhard, die is wel heel aantrekkelijk voor vlinders.
Hoe verzinnen ze het: wat een gekke bloemetjes heeft wijnruit.
Altijd favoriet is de karmozijnbes.
Vooral de vruchten van Canna indica zijn bijzonder.
Fasciatie
Wingerd
Woensdag 4 september 2024
Als ik met Nico S de vlinderroute loop bij de Vossendel zie ik een hangplant hoog uit de bomen komen. Ik weet niet wat het is. Nico zegt dat het een wingerd is volgens de app.
We zien niet goed wat er aan de takken hangt van de roos. Dichterbij bekeken zijn het rozenmosgallen, veroorzaakt door een wespje.
Een wijngaardslak als koorddanser op een heel dun takje.
De kleine vuurvlinder is altijd wat laat in het seizoen.
Een wantsensluipvlieg op koninginnenkruid.
Een weekschildkever Anthocomus rufus, een vrouwtje.
Zuringwantsen kruipen bij elkaar.
Op het weiland een dagpauwoog.
Thuis zit een heel klein bont gaasvliegje in de keuken.
Zwervende pantserjuffers
Zondag 1 september 2024
De mannetjes van de puntbijvlieg proberen een vrouwtje te verleiden, maar zij is net met het eten bezig, dus even geen tijd.
Zwervende pantserjuffers staan nog als vrij zeldzaam, hier vliegen er tientallen en ze zijn flink aan het paren.
Daarna moeten er eitjes gelegd worden, waarbij het mannetje het vrouwtje nog vasthoudt in haar nek.
Ze kan het ook alleen af.
De zuigbuis van de kleine parelmoervlinder steekt in de bloem van koninginnenkruid.
Heide Bussum
Zaterdag 31 augustus 2024
Als ik de trein uitstap bij Bussum-Zuid ben ik na 100 meter al op de heide.
Bospad.
In een bosgebied kan je ook de aardappelbovist verwachten.
Oude boom in het Franse Kampheidegebied.
Op weg naar het Goois Natuurreservaat De Snip kom ik een pannenkoekhuisje tegen. Lekker hoor, een appelpannenkoek. De Zanderij Crailoo ligt een stuk lager. Daar loop ik over vlonders, waarvan er een paar een stuk onder water staan.
Loos blaasjeskruid is daar algemeen.
Over de vlonders was het al uitkijken geblazen door de gladdigheid en over deze stenen waag ik me maar niet.
Ik loop nog over de natuurbrug, maar daar is niets te zien in de diepte vanwege de begroeiing. Helemaal terug via de Franse Kamp naar de Bantam. Daar stond een Turkse tent op een heuvel. Omstreeks 1744 kon men vanuit die tent nog naar zeilschepen op de Zuiderzee kijken.
De omgeving is wat heuvelachtig met bomen met enorme tonderzwammen.
Ik steek daar de weg over en denk dat ik al gauw rechtsaf kan slaan op de Hilversumse Meentweg. Dat is niet zo, het is nog een heel eind lopen als ik Zanderij Cruysbergen op kan gaan. Door middel van een vlonder steek ik het Luye gat over.
Toch ben ik blij dat ik dat gedaan heb, hier staat klein zonnedauw.
En heel veel ronde zonnedauw, die steeltjes zijn in verhouding veel korter. Het plantje zelf is heel erg klein.
Er staat een klokjesgentiaan en daar in de buurt staan koningsvarens.
Witte snavelbies vind ik wel bijzonder.
De sloten zijn uitgebaggerd en er liggen stukken van de rode Amerikaanse rivierkreeft op het pad.
Nog door Hilversum gelopen en eindelijk terug op de Franse Kampheide. Terug naar het station loop ik weer verkeerd, ik was er al bijna, toen ging ik nog om de begraafplaats helemaal heen.
Twee bulten van kameeltje
Vrijdag 30 augustus 2024
Nogmaals naar het Kennemermeer, je weet maar nooit of het kameeltje weer tevoorschijn komt. Klein koolwitje is niet zo moeilijk te vinden, toch zijn er weinig dit jaar.
Ik vind het zulke schatjes die hommelbijvliegen, hier op watermunt.
Twijfel slaat toe, is dit nou een mier of een wespje? Obs zegt dat het een steekmier is.
De kop van de rups van de witvlakvlinder is nu goed te zien. De borstels zijn wat geler ook.
Wat een prachtkleed heeft deze buizerd.
De groefbij lijkt wel kniewarmers aan te hebben, zo koud is het nog niet.
Vrouwtje sabelsprinkhanendoder heeft rode poten, bij het mannetje zijn ze zwart.
Bessenbandzweefvlieg snoept van de heelblaadjes.
Gewone bandspanner is zo gewoon dat ik deze het hele seizoen al meerdere keren heb gezien.
Nimf van de zuringrandwants.
Ik ga nog eens heel goed kijken of ik de rups van het kameeltje zie en ja hoor. Groter geworden, de 2 bulten zijn goed te zien en wat een kleuren!!
Nog meer rupsen
Maandag 26 augustus 2024
Een zandslak is vrij zeldzaam, maar niet in deze omgeving. Bij het stationnetje zit er één, maar anders zie ik er wel eens honderd bij elkaar.
Weer speuren op de bijvoet, het lijkt een takje, maar het is een rups van de gewone spikkelspanner.
Niet zoveel rupsen van de absintmonnik als vorige week.
Ze zijn er nog wel, met een mooi patroon.
Zo leuk dat ik hier een nimf van de zuidelijke groene schildwants zie.
Een luzernesierblindwants op bijvoet.
Rups kameeltje
Zondag 25 augustus 2024
Ik red een sluipvlieg, Cylindromyia brassicaria, uit het water in de tuin. De larven van de vlieg parasiteren op (bessen)schildwantsen.
Vrolijk word ik van een distelvlinder bij het vlinders tellen.
Bijenwolf die zijn antennes schoon maakt met zijn pootjes. Op de leuke bloemetjes van koninginnenkruid.
De poten van de strekpoot strekken zich uit voorbij het blad.
Geweldige ogen heeft de sprinkhaanvlieg.
Een hele verse kleine parelmoervlinder.
De bruin winterjuffer overleven de winter als imago. Best wel harig op kop en borststuk.
O, wow, bij de laatste sectie zie ik iets wits en bij nader onderzoek zit daar een rups van een kameeltje. Een larf van de bladwesp Pristiphora spec komt om het hoekje kijken.
De rups vreet de hele wilg kaal. Bijzondere kop en een raar gevormd lichaam.
Met de fiets ga ik naar secties 1 en 2, daar doen de zandroofvliegen een kunstje, hihi.
Bij mijn fiets staat bijvoet, dus even kijken of er een rups van de absintmonnik op zit. Ja dus.
Zeepostelein
Rups witvlakvlinder
Maandag 19 augustus 2024
Bij de excursie bij het Kennemermeer laat ik bloeiend zomprus zien. Wonderschoon.
Op valse voszegge zitten 2 nimfen van de gewone pantserwants.
Op weegbree nog één, maar dan in een jonger stadium.
De lijkenvlieg heeft een lichte snuit naar voren.
De moerasgrasmot heeft enorme palpen voor aan de kop.
Man zuidelijk spitskopje op heelblaadjes.
Uitgesproken kleuren van de gehakkelde aurelia. Rechts van de vlinder vliegt een bijvlieg.
Als we bij de uitgang komen zie ik op de els 2 vrouwtjes van de gewone kielwants met nimfen, altijd leuk om die te laten zien.
Na het koffie drinken ga ik met Irene en Marij naar de strandduinen, alweer voor de wolfsmelkpijlstaartrups die we al heel snel vinden. Dat komt ook doordat er best veel rupsenkeuteltjes op het strand onder de zeewolfsmelkplant liggen. De rups is al heel groot.
Daarna ga ik vlinders tellen en ben al blij met de kleine vuurvlinder met die blauwe vlekjes. Dat hebben ze niet allemaal.
Er zijn niet veel hommelsoorten, toch is het zo moeilijk om ze uit elkaar te houden. De mannetjes zijn anders dan de vrouwtjes en dan heb je ook nog koekoekshommels, zoals deze gewone.
Grote kegelbij op heelblaadjes.
Heidewielwebspin op boerenwormkruid. Dus ook spinnen kunnen mooi zijn.
Dat snuitje van de weidevlekoog.
Eerst zit de strekpoot met zijn pootjes bij elkaar, zodat hij heel herkenbaar is. Ik heb hem per ongeluk gestoord en nu staat hij op zijn achterste poten, haha! Aan de palpen kan je zien dat het een strekpoot is.
Hoe bijzonder kan een rups zijn. Nu de rups van een witvlakvlinder een stadium verder dan vorige week.
Een (Vlaamse) gaai en niet eens zo schuw.
Duinriet bij de uitgang.
Rupsen absintmonnik
Vrijdag 16 augustus 2024
Het is weer tijd voor de rupsen van de absintmonnik. Al snel zie ik ze op de bijvoet op de vlinderroute van de oude spoorlijn.
De tekening van een schaakbordlieveheersbeestje is soms net wat anders dan anders.
Wat een leuk klein boorvliegje. De kleine stervlekboorvlieg.
Denk ik een nimf van de bessenschildwants te zien, is het een nimf van de zuidelijke schildwants. Imago’s daarvan heb ik 10 mei gezien in de duinen.
Ik ben heel wat rupsen aan het tellen van de absintmonnik en zie dan dat er een kleintje op mijn boekje zit.
Hier 2×2 onder elkaar en vaag links nog een.
Sommige zijn wat donkerder.
Allemaal met een roze getekende kop. Ik heb er maar liefst 89 geteld. Nu hoop ik volgend jaar natuurlijk de vlinder te zien.
In het gras op sectie 20 nog een rups van een klein koolwitje.
Wingerd
Dinsdag 13 augustus 2024
De wingerd bij de Vossendel is me niet eerder opgevallen. Nico S. ziet met de app dat het een wingerd is.
Ik doe alleen de laatste secties. Dit jaar meer grote koolwitjes dan kleine.
Af en toe een atalanta.
Een vrouwtje strekspin met een rare vorm, niet zo uitgerekt als een strekspin. Samen met een mannetje.
En op dezelfde sectie (van 50 meter) ook nog een mannetje kroosvlindertje.
Argusvlinder
Maandag 12 augustus 2024
Moerasspirea vorige week nog in volle bloei, nu met vruchtjes en wat zijn ze geinig.
Op de boerenwormkruid zit een bij. Ik hoop altijd nog eens op de wormkruidbij, maar ze zijn niet van zijdebijen te onderscheiden.
Nog een jonge rups van de witvlakvlinder, ik hoop er binnenkort nog een te fotograferen die al verder is. Ze zijn zo leuk.
Oei, een goudoogdaas op mijn arm, gauw een foto voordat ze me te pakken heeft.
Vrouwtje citroenvlinder is wat groen.
O, wow, een argusvlinder en zo mooi vers!
Aan het eind van de vlindertelling nog 2 hele verse kleine vossen.
Omdat het zuidelijke deel weer heel nat is ga ik buitenom met de fiets naar secties 1 en 2. Daar staat heel veel zandambrosia.
Strandmelde
Zondag 11 augustus 2024
Ook Sieneke wil die rups van de wolfsmelkpijlstaart zien. Eerst doen we een bakkie koffie hier thuis en dan op de fiets naar het strand. Dit keer vinden we op dezelfde plek een groene rups, dat vindt Sieneke ook fantastisch en na nog eens goed zoeken verderop vinden we nog een rode.
De strandmelde bloeit, zo apart.
Een nestje met net uitgekomen eitjes van de bruingemarmerde schildwants (volgens een kenner van waarneming).
Op het strand ligt al vaker tweetandzeedraad, hier op een sok gefotografeerd.
Het is niet druk op het strand. Goede verhouding mensen en vogels. Sterns en meeuwen op het strand en in de lucht.
Geweldige kleur heeft deze tapijtschelp aan de binnenkant.
Na wat gegeten te hebben bij Makai ga ik de pier op.
Bij het eerste vuurtorentje van de pier komen net heel veel spreeuwen aan vliegen. Op de foto tel ik er wel een stuk of 230, jonge en oudere.
Een kanoet tussen de meeuwen.
Een steenloper die de schuimvlokken van de golven om zijn oren krijgt.
Een jonge kwikstaart bij de jachthaven.
Kransmuur
Rups wolfsmelkpijlstaart
Dinsdag 6 augustus 2024
Met Barbara heb ik afgesproken dat ik haar op zou wachten op de parkeerplaats vóór het Kennemermeer. We gaan op zoek naar de rups van de wolfsmelkpijlstaart en maken er gelijk een dagje uit van. We lopen eerst langs de jachthaven waar bijzondere planten staan zoals zeevenkel.
Omdat we weten waar we zoeken moeten naar de rups hebben we hem al snel gevonden.
Daarbij heeft Barbara een foto van mij in actie genomen.
We lunchen bij Makai, maar daar is het wel erg druk.
Daarna gaan we naar het Kennemermeer omdat Barbara dat een topgebied vindt. Een imago sikkelsprinkhaan heeft enorme lange vleugels, waarbij de achtervleugel langer is dan de voorvleugel.
Nog een diksprietblindwants bij de uitgang.
En een spitskopje met enorme antennes.
Bijzondere peen
Maandag 5 augustus 2024
Een drukke excursie vandaag bij het NME in Haarlem. Het is ook heerlijk weer. We vinden een paar larven van de schildpadtor. De anus zit achter bovenop het lijf, daardoor kan hij de poep op het lijf schuiven als camouflage.
Dat zie je hier, bij deze stinkerd, hihi.
De artisjok komt uit het Middellandse zeegebied.
Normaal zie je bij peen 1 rood bloemetje in het midden, dit is wel heel apart.
Een huisjesslak in een peenhuisje.
Dit heb ik eerder gezien bij het Kennemermeer en vermoedde dat het een schimmel was. Het is een nestje van een strekspin.
De paardenbijters zijn goed te fotograferen.
Ik ben dol op een kaardenbol.
Tamme kastanje met vruchten en mannelijke bloemen.
Deze rozenbottels zijn niet van de egelantier.
Kleine kaardenbol.
Hangende tuin met doorgroeide duizendknoop op de voorgrond.
’s Middags ga ik vlinders tellen bij het Kennemermeer. Voordat ik begin toch even kijken bij het parkeerhok waar een purperen stipspanner op het raam zit.
Ik ben al bij sectie 3 in het zuiden waar ook moeraszoutgras staat. Ik weet het nu op meerdere plekken te staan.
Met die donkere stipjes denk ik gelijk aan de struiksprinkhaan. Het blijkt een nimf van de sikkelsprinkhaan, daar had ik niet zo gauw aan gedacht.
Moerasspirea in volle bloei.
Die ogen van de duindoornboorvlieg, net zo leuk als de vleugels.
Strabrechtse heide
Zaterdag 3 augustus 2024
Met de trein op weg naar de Strabrechtse heide. In Heeze loop ik verkeerd, daar kom ik toevallig langs een parkje met Gelderse roos waarvan het blad bijna helemaal opgevreten is. Dat doen de larven van het sneeuwbalhaantje en er komen nog veel meer larven aan.
Door op mijn telefoon te kijken welke kant ik op moet loop ik nu wel goed en kom langs kasteel Heeze, met een gracht er omheen.
Grappig: niet ‘dank je de koekoek’, maar ‘bankje de koekoek’.
Hier en daar tafels met gedichten.
Oranje zandoogjes vliegen daar wel (bij ons niet).
Lieve bloemetjes van struikheide.
Schitterend toefje dopheide.
Wel veel meer water dan 6 jaar geleden toen alles droog stond. Ik kom enkele groene kikkers tegen.
Europese hanenpoot.
Hier vliegen net zo goed vuurlibellen.
De grote zilverreiger wil het overzicht houden vanaf een boom.
Nog volop heidevlinders hier.
Het is al half 3, even 5 minuten pauze voor een broodje.
Heb ik het toch goed gezien bij het oranje zandoogje, dat er ook een oogje zit op de achtervleugel.
Het regenwater heeft wel meer kleur gebracht in het landschap.
Bij het Waschven staat rode schijnspurrie, dat vind ik leuk.
Struikheide staat vol in bloei, zelfs op het kale stuk.
En grote velden met struikheide.
Hier en daar een afslag, maar niet veel.
Grote zilverreigers.
Maar ik heb ook een lepelaar en kleine zilverreiger gezien achter de plas.
Ik wil naar het station van Geldrop, dat is een eind lopen door het stadje en nogal ingewikkeld. Mensen raden me aan om de rechte weg naar Heeze te nemen. Onderweg nog roodgerande houtzwammen gezien.
En weer terug in de buurt van Heeze bij de Kleine Dommel vlogen best veel weidebeekjuffers, de groene zijn de vrouwtjes.
De blauwe de mannetjes.
Ik kon geen kortere route lopen omdat er geen afslagen waren en heb maar liefst 25 km gelopen, waarvan het laatste stukje zelfs wat hard gelopen om de trein te halen, want die ging maar 1x per uur (wel gelukt). Wat was dat genieten vandaag.