Dinsdag 10 mei 2016
De KNNV gaat een gebied inventariseren en dat lijkt mij ook wel leuk. Iemand had al iets uit een sloot meegenomen om te determineren en ze komen op een bepaald kransblad uit.
Iemand wijst op de vrouwelijke en mannelijke bloeiwijze van een beuk.
De bladeren in de sloot is het glanzig fonteinkruid.
Scherpe zegge bloeit nu volop.
Tussen het gras staat ook van alles. Mooi staat het reukgras zo bij de waterkant.
Ik leer gelijk het verschil in blad kennen van de kruipende en de scherpe boterbloem. Bij de scherpe heeft het middelste blad een steeltje.
En nog een grappig bloeiend grasje.
Zachte kleurtjes horen bij zachte dravik.
Tussen de tegels staat een heel klein plantje: donker vetmuur. Waarom die mooie plantjes nou zo klein moeten zijn 😉
Ook de moeraszegge is een pracht.
Zoals ik dus ook al van de scherpe zegge had gezegd.
Iedereen is al weggegaan als ik nog even sta te kijken en dan zie ik dat er een glassnijder net uit zijn larvenhuidje is gekropen.
Terwijl ik die libel sta te fotograferen hoor ik opeens een geblaas naast me, waarna die zwaan rustig weer door zwemt.
Nu ik toch onderweg ben kan ik ook gelijk de vlinderroute bij de Vossendel wel lopen. Behalve vlinders hoor ik een grasmus vrij dichtbij en omdat ze heel vaak boven op een tak zitten zijn ze vrij makkelijk te fotograferen.
Zo’n mooie kleur papaver had ik hier niet verwacht.
De herten weten wel een mooi plekje uit te zoeken om te grazen zo bij de seringen.